Carla Rietman vertelt:
Een terugblik en voorbereiding op ons 10-jarig winkelavontuur
Voordat we met de winkel begonnen deed Bertus met veel plezier jarenlang jeugdwerk in discotheek en jeugdgebouw ‘Illusion’ en later ’Het Pakhuus’. Op een gegeven moment nam hij om diverse redenen ontslag. Hij vond de gang van zaken daar zo onbillijk dat hij er zelfs een rechtszaak van gemaakt heeft. Zonder zelf een advocaat in de arm te nemen heeft hij deze rechtszaak gewonnen en kregen we een vergoeding(nabetaling).Dat bedrag hebben we toen mede gebruikt om de Winkel van Sinkel te beginnen.
Omdat we in een voor ons duur huis op Markt 4 kwamen wonen hebben we het boven eerst voor meerdere jaren verhuurd gehad. Het huis had jaren leeggestaan en er was veel achterstallig onderhoud.
Er was veel werk en de jongens van Illusion, met wie Bertus een hele goede band had, kwamen ons met de tuin helpen. Dit werd door de buurt met argusogen bekeken; dat Bertus een veel jongere vrouw had baarde hun ook zorgen. Gelukkig ging dat vooroordeel gauw over nadat ze ons wat beter hadden leren kennen. Met onze huurders hebben we veel dingen meegemaakt, leuke en minder leuke dingen. Zo hadden we een jongen die aan de drank verslaafd was. Helaas had de hulpverlening ons daarvan niet op de hoogte gebracht en alleen gezegd dat hij hulp nodig had, en om die reden kan iemand natuurlijk altijd bij ons terecht. Maar het kwam zover dat hij soms in z’n onderbroekje bij hotel Te Dorsthorst of supermarkt Kok Heinst of de IFA van de familie Ten Have een kratje bier ging halen. Dat leverde natuurlijk wel weer de nodige gespreksstof op in de buurt. Maar wij waren echt hard bezig om deze jongen te helpen, ook door o.a. een pilletje te laten zetten. Jammer genoeg dronk hij daar zo doorheen, en op een gegeven moment waren we dan ook genoodzaakt om hem de huur op te zeggen; wij hadden namelijk ook nog kinderen in huis. We waren internationaal bezig en zo kwamen ook Engelse huurders, hele aardige mensen, die er vandoor gingen zonder de huur van enkele maanden te betalen. Ook kwam er een heel aardige Turkse man en hij vertelde ons dat zijn loon overgemaakt werd naar zijn ouders en zo kwam hij ook in financiële nood. Hij compenseerde ons dat met een verzameling postzegels (die we nu nog hebben) of een heerlijke pan bonensoep. Maar jullie kunnen wel raden, daar kwamen wij niet veel verder mee. Op een gegeven moment is hij verhuisd omdat hij mee kon genieten als er op een andere kamer een vrijpartijtje bezig was, en van zijn geloof mocht hij dat niet horen. Ook wij hebben om die reden geregeld met de bezemsteel tegen het plafond geklopt. Toch hadden wij over het algemeen leuke huurders, alleen waren we wel veel sociaal bezig. In het begin maakte ik zelf de gemeenschappelijke ruimtes schoon - en dat was wel nodig - maar later heeft Yvonne Liebrand dat overgenomen.
Toen Bertus ontslag had genomen moest er wel geld in het laatje komen en kwamen we op het idee een winkeltje te beginnen.
In 1979 werd dat een feit. Compleet met een draaiorgeltje, wat goed bij ons nostalgische winkeltje paste, popcorn en ijs gingen wij van start. Ook kwam er een mooi stuk in de krant, geschreven door Corrie ten Have.
Winkel van Sinkel, de naam zegt het al, een winkel met papieren puntzakjes, een oude vitrine van een bakker uit Gaanderen (staat nu nog bij ons in huis), zelf popcorn en noten branden, sieraden en kleine cadeautjes. Onze eerste vertegenwoordiger heeft bij ons een hele grote order kunnen leveren, alleen, wisten wij veel, heeft het een hele tijd gekost om die voorraad te verkopen. Maar wat wil je, wij hadden ervaring met het sociale werk en moesten het zakelijke nog leren, iets wat wij in het begin natuurlijk in zijn geheel nog niet konden.
Wij hadden, vonden we zelf altijd, een leuke etalage, zelfs eens met Pasen met kuikentjes erin. We waren te sociaal bezig want soms kwam er een kind met een stuiver in de hand wel een kwartier kijken en wilde weten ‘wat kost dit en wat kost dat’. Onze vitrine was eigenlijk te groot voor deze kinderogen, veel teveel keus. Maar de ouders zeiden dat de kinderen nergens alleen naar binnen durfden maar wel bij jullie, en dat deed ons dan weer goed. De ouderen van bejaardencentrum De Schuylenburg kwamen voor het kopen van één onsje nootjes en vertelden ons hun levensverhaal. Zo kwam er natuurlijk niet al teveel geld binnen.
We hadden ook nog een kelder waar in de oorlog werd geschuild. Het leek ons een mooie ruimte voor kleren. Op de vloer lagen mooie oude plavuizen, op de muren kwam riet en de rest gingen we witten. Toen een stelling erin gezet voor kleding uit India. Dit was voor ons een gouden greep omdat wij als enigste in de wijde omtrek deze kleding verkochten. Maar Doetinchem volgde al gauw en daar konden wij natuurlijk niet tegen op. Daarbij kwam dat de meiden van het Isalacollege de kelder tussen de middag als overblijflokaal gingen zien. Nadat wij ons dat even aangekeken hadden en af en toe kauwgum in de kleding vonden, hebben we de kelder tussen de middag afgesloten.
Ondertussen ging Bertus om wat bij te verdienen op de maandagavond op de veemarkt helpen zodat onze verzekering betaald kon worden. En ik ging diverse avonden met mijn pa, Pipi Berentsen, dansles geven in De Heurne, Breedenbroek, Harreveld en Varsseveld. Bertus was trouwens in 1985 ook nog eens de 27e Prins Carnaval van de Foekepot, samen met adjudant Fons Bieleveldt.
Hun motto was I'j kont er niet umhen.
Omdat we in de winkel zoveel kleine dingen verkochten en er grote groepen tegelijk binnen kwamen werd er ook gestolen. We moesten steeds meer als politieagent in de winkel staan; het werd er niet leuker op. Soms kwam een ouder met een kind terugbrengen wat ze gestolen had. Bertus heeft ook diverse keren een plak chocolade uit de wikkel gehaald en daarvoor in de plaats een stuk hout met een briefje met “Waarom doe je dit nou, wij werken er ook hard voor” erin gestopt. We zagen het al voor ons dat de dief in een grote groep de chocolade wilde verdelen. Van die repen is na die tijd niks meer weggehaald of in ieder geval werd het minder.
Zo waren wij bezig.
Op een dag vroegen leraren van het Isalacollege of ze bij ons met de leerlingen voor een schoolproject een overval mochten naspelen. Natuurlijk mocht dat en het was een succes .
Op een gegeven moment zijn we ook met kaarsen begonnen: reliëf erop, tekst erbij schilderen en dompelen. Leuk en creatief werk dat ook, naast het noten branden, vooral in de avond gedaan moest worden. Zo zochten we steeds naar andere mogelijkheden om de winkel open te kunnen blijven houden. Op het laatst zijn we ook nog met wijn maken begonnen, ook leuk maar wel veel werk. Natuurlijk moesten we de wijn ook zelf uitproberen zodat we de klant goed konden adviseren, en we hebben dan ook menig wijntje gebotteld, tot vermaak van buren en vrienden. Soms vloog de kurk van een grote wijnfles tegen het plafond omdat de wijn te hard gistte. Maar vaak ook hebben we van een lekker glaasje genoten, dat was wel een voordeel. We organiseerden ook regelmatig een Kerstmarkt op de markt waar we dan zelf met hulp van Theo Wolters de heerlijkste oliebollen bakten.
Ook als wij op de braderie stonden met popcorn, noten, kleding, kaarsen en noem maar op, hadden we veel hulp van onze kinderen, familie, vrienden en buren. Het was altijd een gezellige boel. Op zondag werd de administratie gedaan en onze boekhouder, die alleen maar het financiële jaarverslag maakte, verdiende nog meer dan wij. Ondanks al het werk en organiseren moesten we elk dubbeltje omdraaien en al het geld werd in de winkel gestopt. Toen Bertus dan ook in 1989 gebruik kon maken van een regeling voor zelfstandigen waaraan wij voldeden, zijn we gestopt met de winkel. Tien jaar hebben we het volgehouden; het was een leerzame tijd en we hadden het niet willen missen. En nog vaak als we mensen tegen komen vragen ze, jullie zijn toch van de Winkel van Sinkel? Dat vonden we toch zo’n leuk winkeltje en we gingen er graag heen.
Nou daar deden we het voor!
Warme groet, Bertus en Carla Rietman.
Het artikel over Illusion vindt u onder de volgende link:
www.silvoldepedia.nl/index.php?schoolstraat-0
Foto's: bron Carla Rietman en archief Silvoldepedia.
Fotobewerking: John Liebrand